Veranderingen zorgverlof per 1 juli
Tot nu toe kon zorgverlof alleen worden opgenomen voor de zorg voor partner, kind of ouder. Vanaf 1 juli 2015 kan een werknemer ook zorgverlof opnemen voor de noodzakelijke zorg voor:
- grootouders, kleinkinderen, broers en zussen (tweedegraads bloedverwanten);
- andere huisgenoten dan uw kinderen of partner (bijvoorbeeld een inwonende tante);
- mensen met wie u een sociale relatie heeft (bijvoorbeeld een buurvrouw of vriend) en die van uw hulp afhankelijk zijn.
Een werknemer kan nu nog alleen zorgverlof opnemen bij zorg voor iemand met een levensbedreigende ziekte. Straks kan dit bij alle noodzakelijke zorg bij ziekte of hulpbehoevendheid, ook als het niet levensbedreigend is.
Duur en salaris
De duur van het langdurend zorgverlof is 6 maal het aantal werkuren per week per jaar. Volgens de huidige regels kan een werknemer voor een periode van 12 aaneengesloten weken maximaal de helft van zijn arbeidsduur per week aan langdurend zorgverlof opnemen. Als werkgever hoeft uw salaris tijdens het langdurend zorgverlof niet door te betalen.
Uw werknemer kan meerdere keren per jaar kortdurend zorgverlof opnemen. Er geldt wel een maximum aantal uren. Dit is 2 keer het aantal uren dat de werknemer per week werkt in een periode van 12 maanden. De periode van 12 maanden gaat in op de eerste dag waarop het verlof wordt genoten. Als werkgever betaalt u minstens 70% van het salaris door, maar niet minder dan het minimumloon.
Tijdens het zorgverlof bouwt uw werknemer vakantiedagen op. U kunt zorgverlof alleen weigeren als de praktijk in grote problemen zou komen.
Reactie toevoegen