Tandarts discrimineert door sollicitante af te wijzen om hoofddoek
Dat schrijft P&Oactueel.
Bij de sollicitatie meldt de tandartspraktijk aan de vrouw dat zij in de uitoefening van haar functie haar hoofddoek niet zou mogen dragen. De tandarts gaf daarbij aan dat hij geen uiterlijke kenmerken van welk geloof ook accepteert, dus ook niet van het christelijke of joodse geloof. Deze regel was juist ingesteld om discriminatie tegen te gaan.
Het College voor de Rechten van de Mens oordeelde echter dat de tandarts wel degelijk discrimeerde. Het begrip godsdienst in de wetgeving over gelijke behandeling omvat niet alleen het huldigen van een geloofsovertuiging maar ook het zich er naar kunnen gedragen. Dit stelt men in staat om hun leven volgens godsdienstige voorschriften en regels in te richten. Het College waardeert het streven van de tandartspraktijk om discriminatie in het bedrijf te voorkomen, maar de regel leidt ertoe dat sollicitanten die aan hun godsdienst uiting willen geven door het dragen van een bepaald kledingstuk om die reden niet worden aangenomen waardoor zij (toch) worden gediscrimeerd.
Reactie toevoegen