'Mondzorg in Nederland steeds minder toegankelijk'
In een brief aan Eerste- en Tweede Kamerleden schrijft hij dat het ACTA zich grote zorgen maakt. "Omdat mondzorg nauwelijks in het basispakket van de zorgverzekering is opgenomen, gaan steeds meer Nederlanders helemaal niet meer naar de tandarts, of stellen ze na een bezoek de behandeling uit", legt Feilzer uit in radioprogramma Nieuws en Co. Volgens de decaan en hoogleraar Tandheelkunde is de mondzorg voor volwassenen te beperkt, schiet de mondzorg voor ouderen tekort en bezoekt een groot deel van de jeugd geen tandarts, ook al zijn kinderen wel verzekerd. "Dat is negatief voor de algehele gezondheid van Nederlanders en maakt de zorg uiteindelijk duurder."
'Relatie tandartsen en ministerie verstoord'
Verder wordt al langer gewaarschuwd voor een tekort aan tandartsen. Daar is in sommige regio's al sprake van, stelt Feilzer in de brief. Hij verwacht dat de problemen de komende tijd toenemen. "De bevolking groeit, maar het aantal tandartsen neemt af. Er gaan meer mensen met pensioen dan wij opleiden."
Volgens het ACTA is het hoog tijd dat de branche zich samen met de overheid buigt over oplossingen. Maar de relatie tussen tandartsen en het ministerie van Volksgezondheid is verstoord, zegt Feilzer, mede door een experiment van minister Bruins voor Medische Zorg.
Bruins wil in 2020 een proef van maximaal vijf jaar beginnen waarbij mondhygiënisten meer zelfstandigheid krijgen. Zij mogen vanaf dan zelf gaatjes vullen, verdoven en röntgenfoto's maken. De ACTA-decaan roept de Eerste en Tweede Kamer op dit besluit voorlopig op te schorten, omdat de maatregel goed overleg tussen het ministerie en beroepsorganisaties in de weg staat.Kwetsbare groepen komen hierdoor minder snel bij de tandarts of mondhygiënist.
De Nederlandse Vereniging van Mondhygiënisten (NVM) deelt de zorgen van Feilzer over de bereikbaarheid van de mondzorg in Nederland. "Het is nu zo geregeld dat mensen van 18 jaar en ouder voor mondzorg extra verzekeringen moeten afsluiten, terwijl de gezondheid van je mond erg belangrijk is", zegt voorzitter Manon van Splunter-Schneider. "Vooral kwetsbare groepen komen hierdoor minder snel bij de tandarts of mondhygiënist." De NVM vindt alleen niet dat het besluit van minister Bruins moet worden opgeschort. "Deze maatregel helpt juist bij preventie. Het is een logische stap in de ontwikkeling van ons beroep." Van Splunter-Schneider vindt dat mondhygiënisten en tandartsen juist zoveel mogelijk moeten samenwerken om de huidige problemen op te lossen.
De Patiëntenfederatie Nederland begrijpt het signaal dat de decaan met zijn brief wil afgeven. "Wij hebben er ook bij de minister op aangedrongen om eerst onder goede begeleiding een kleine proef te doen met meer zelfstandigheid voor mondhygiënisten, maar hij wil het breder doorvoeren", zegt een woordvoerder.
Download hier de brieven van Feilzer aan de Eerste en Tweede Kamer.
Reactie toevoegen