'Meer zorg nodig in achterstandswijken dan huisarts kan bieden'
Patiënten in achterstandswijken hebben aanzienlijk meer lichamelijke en psychosociale problemen, schrijven de huisartsen. De impact van de sociale problematiek op de huisartsenzorg is groot. Huisartsen in achterstandswijken hebben te maken met meer consulten per patiënt en complexere en langere consulten met meer noodzakelijke nazorg, zoals uitzoekwerk, overleg, afstemming en administratieve handelingen. Maar ook de stijging van de eigen bijdrage leidt tot meer drukte bij de huisarts. Een huisartsenpraktijk in een achterstandswijk zou een omvang van 75 procent van een normpraktijk moeten hebben, vinden de auteurs. Maar doordat de achterstandsregeling nu niet voldoet, is het niet mogelijk om de praktijken voldoende te verkleinen.
Huisartsen krijgen nu per patiënt die in een achterstandswijk woont een bedrag van € 6,70 boven op het jaarlijkse inschrijftarief. Maar deze achterstandsregeling voldoet niet, schrijven de huisartsen. Dat komt vooral doordat de toekenning van de vergoeding is gebaseerd op onder meer de adressendichtheid in een bepaald postcodegebied. Maar de aanwezigheid van een park of een ‘rijkere enclave’ in het betreffende gebied kan ervoor zorgen dat er toch geen aanspraak gemaakt kan worden op de achterstandsgelden, ook als er evident sprake is van een achterstandswijk.
Een nieuwe achterstandsregeling zou in een groter budget moeten voorzien en zou meer rekening moeten houden met grote verschillen in zorgzwaarte tussen patiënten. De achterstandsindex zou berekend moeten worden aan de hand van het percentage niet-westerse allochtonen, het inkomen per huishouden en het percentage uitkeringsgerechtigden.
Reactie toevoegen