LHV en Ineen teleurgesteld dat ‘harde getallen’ ontbreken in NZa-monitor
In het bestuurlijk Hoofdlijnenakkoord Huisartsenzorg 2019 - 2022 is afgesproken dat de NZa de afspraken jaarlijks monitort en kijkt hoe deze nageleefd worden in de contracten die zorgverzekeraars aanbieden aan huisartsen, zorggroepen en gezondheidscentra. LHV en InEen missen in de NZa-monitor de feitelijke beschrijving én beschrijving in volumes, getallen en/of euro’s, schrijven ze in een brief aan de NZa.
Harde getallen
LHV en InEen missen een feitelijke en getalsmatige beschrijving bij thema’s als: meer tijd voor de patiënt, ANW-zorg, zorg voor kwetsbare groepen, versterking van de organisatie en infrastructuur (O&I), ICT en zorginfrastructuur en regio-specifieke afspraken. Daarnaast missen de beroepsorganisaties een uitgebreide beschrijving van de regionale verschillen en de inzet van zorgverzekeraars.
Aantrekken extra personeel
De NZa stelt in de monitor dat de geboden contracten aan huisartsen ruimte bieden voor het aantrekken van personeel, maar dat ze deze ruimte niet volledig benutten. Volgens de LHV en InEen blijkt uit enquêtes, bijeenkomsten en signalen van individuele huisartsen juist dat zij niet voldoende ruimte krijgen voor het aantrekken van extra personeel.
Meer duidelijkheid
Verder constateert de NZa dat er geen grote verschuiving te zien is bij de standaardcontracten ten opzichte van 2018. LHV en InEen noemen dit zorgelijk. Zij willen dat de constatering cijfermatig onderbouwd wordt en zien dit als een bevestiging dat er haast geboden is om in 2020 wel resultaat te zien van het hoofdlijnenakkoord. LHV en InEen verzoeken de NZa in hun brief om niet te wachten op de volgende monitor, maar op korte termijn te starten met een zogenaamd verdiepingsoverleg.
Reactie toevoegen