Congres Anno Nu stoomt deelnemers klaar voor volgend jaar
Voor de helft van de deelnemers begon de dag extra vroeg met een bonustrack over de nieuwe Wet Deregulering Beoordeling Arbeidsrelaties. Vanaf 1 april 2016 is de VAR-verklaring niet meer geldig en moeten praktijkhouders met hun zzp’ers een door de Belastingdienst goedgekeurde overeenkomst sluiten om gevrijwaard te worden van het betalen van loonbelasting. Je moet dan ook wel echt conform die overeenkomst werken om naheffing te voorkomen, benadrukte spreker Harry Korver.
Service maakt verschil
Dagvoorzitter Ühte Lehmann opende de dag met een anekdote over het kiprestaurant van haar oma waar mensen niet kwamen voor een perfect klaargemaakt kippetje, maar voor een goed verhaal. Ook in de mondzorgpraktijk beoordelen patiënten niet de technische perfectie, maar de totale beleving, gaf zij de aanwezige praktijkhouders mee. “De service die u levert, maakt het verschil.”
Marktwerking werkt niet
Als eerste plenaire spreker kreeg Philip Idenburg het woord. Hij hield een gepassioneerd betoog over waar de zorg naartoe moet om toegankelijk, betaalbaar en kwalitatief goed te blijven. We moeten het oude paradigma van ‘disease management’ loslaten en overgaan naar een systeem van health management waarin patiënt en preventie centraal staan en techniek een belangrijke rol speelt. Het systeem van marktwerking in de zorg stimuleert deze paradigma-overgang niet, vindt Idenburg.
Meer opschrijven
Vervolgens behandelde Alexander Tolmeijer welke veranderingen in de wet- en regelgeving de praktijkhouder in de mondzorg in 2016 te wachten staan. “Je moet meer communiceren en meer opschrijven, dat is samenvattend waar de nieuwe wetten op neerkomen”, was zijn boodschap. En: “We moeten van de wet veranderen maar worden daar zelf ook beter van.”
Tijdens haar workshop ging Annemarie Smilde van de VvAA ook in op wat tandartsen moeten opschrijven. Aan de hand van een aantal casussen behandelde ze wat er wel en niet in een dossier moet staan om de beste zorg te kunnen geven én aan de wet te voldoen. De communicatie met de patiënt (over de kosten, de risico’s, de opties en dergelijke) moet altijd in een dossier worden opgenomen, in geval van een klacht is dat heel belangrijk.
Fouten van hulppersonen
Ook jurist Mai van Dijk – Fleetwood Bird besteedde aandacht aan klachten en dan vooral klachten die kunnen ontstaan door fouten van hulppersonen. Zij behandelde de regelgeving en jurisprudentie over het delegeren van voorbehouden handelingen en schetste het kader waarbinnen tandartsen met een gerust hart taken uit handen kunnen geven.
Fleetwood-Bird is een warm voorstander van het gebruik van een protocol waarin staat welke voorbehouden en niet-voorbehouden handelingen in de praktijk worden gedelegeerd en aan wie. Aan de patiënt moet altijd toestemming worden gevraagd als een hulppersoon een voorbehouden handeling uitvoert en dit moet worden vastgelegd in het dossier.
Transitievergoeding
De wet Werk en Zekerheid heeft voor werkgevers in 2015 veel veranderingen gebracht. Petra Kroon zette tijdens haar workshop de belangrijkste nog een keer op een rij. Ook behandelde ze de eerste jurisprudentie waaruit duidelijk wordt hoe rechters met de nieuwe wet omgaan. Zo bleek het aanzeggen van een contract via Whatsapp rechtsgeldig. De deelnemers waren vooral geschokt over het feit dat er bij het stoppen van een praktijk, zonder dat deze door iemand anders word voortgezet, alle medewerkers recht hebben op een transitievergoeding. Dat kan een flink gat slaan in de pensioenpot.
Team
Naast de wetsveranderingen en de gevolgen daarvan, was er tijdens het congres ook aandacht voor het team. Jeroen Woertman, manager P&O advies en Werkgeverszaken bij VvAA, had van tevoren aan de deelnemers gevraagd een PPA (Persoon Profiel Analyse) in te vullen. Aan de hand van dat profiel weet je wat je kernkwaliteit is. Door de verschillende kwaliteiten in groepen bij elkaar te zetten en stellingen voor te leggen, werd duidelijk dat alle kwaliteiten nodig zijn om een sterk team in de praktijk te hebben.
Patiënttevredenheid
Ook de patiënt stond centraal. Een tevreden patiënt is namelijk van groot belang, zo stelde Josef Bruers (KNMT). Een manier om de tevredenheid te meten, is via een enquête. Maar ‘zomaar’ een enquête sturen is niet genoeg, volgens Bruers. “Sommige patiënten komen misschien al 20 jaar in de praktijk. Zij zullen over het algemeen tevreden zijn. Maar als je vraagt naar het laatste bezoek, kom je er pas echt achter wat er goed is en wat nog te verbeteren valt.”
Zanna van der Aa ging daar in haar workshop ook op in. Zij raadt tandartsen aan om de hele patiëntenreis uit te werken: van het eerste websitebezoek en de controleafspraak tot aan de afhandeling van een vervolgafspraak en het ontvangen van de factuur. “Bekijk dat proces vanuit de patiënt. Dan ga je snappen wat jouw patiënten belangrijk vinden.” Daarbij is het belang om over elke stap in het proces vragen te stellen in een patiëntenenquête. Belangrijk is daarbij om goed in de gaten te houden wat de patiënten echt belangrijk vinden. Misschien vinden zij het helemaal niet zo erg om langer te moeten wachten, als ze maar vriendelijk behandeld worden door de assistente, zo stelt Van der Aa. “Dan kun je overwegen om niet de onvoldoende voor de wachttijd aan te pakken, maar van de 8 voor klantvriendelijkheid een 9 te maken.”
Presentaties
Alle presentaties die gegeven zijn tijdens het congres Praktijkorganisatie Anno Nu zijn hier te bekijken.
Reactie toevoegen