Natasja Dik: ‘Ik pleit ervoor om een praktijkmanager meer bevoegdheden te geven'
‘Mijn loopbaan in de mondzorg ben ik begonnen als tandartsassistente. Daar heb ik veel ervaring opgedaan en ik merkte al snel dat organiseren, mensen begeleiden en coachen me ligt. Na een tijd begon het te kriebelen. Mijn man startte na zijn opleiding als tandarts in de praktijk van zijn vader. Samen hebben ze een nieuwe praktijk gebouwd met vier behandlkamers. Ik ben bij hem in 2001 gaan werken om te helpen met de administratie. Tijdelijk, dacht ik, want het leek me ongezond om samen te werken met mijn man, maar dat pakte anders uit’, vertelt Natasja Dik.
‘Aanbod en kwaliteit van mondzorg steeg’
Zo groeide ze geleidelijk aan in de functie van praktijkmanager. ‘Het was de tijd waarin steeds meer disciplines hun intrede deden in de tandheelkunde. De eerste opleiding tot preventie-assistente kwam. Het team groeide en ik heb heel wat cursussen en opleidingen gevolgd om bij te blijven. Nu ik zo terugkijk, zie ik het als een mooie ontwikkeling waarin het aanbod en de kwaliteit van de mondzorg steeg. Er kwam meer aandacht voor vragen als: hoe informeer je patiënten? Hoe zorg je dat patiënten zich welkom voelen in de praktijk, dat er een fijne sfeer heerst?’
Vraag naar praktijkmanagers groeit
‘Praktijkhouders kunnen bijna niet meer zonder een praktijkmanager of officemanager’, benadrukt Dik. ‘Daar zijn de praktijken en de teams te groot voor geworden. Een tandarts wil mooie, technische dingen in de mond verrichten en geen omkijken hebben naar het reilen en zeilen van de praktijk. Maar je bent tandarts én ondernemer. Alleen komt het ondernemerschap in de opleiding nauwelijks aan bod. Vandaar dat de vraag naar praktijkmanagers in de tandheelkunde groeit. Tegelijkertijd groeit het belang van een goede mondzorg. Een gezonde mond is belangrijk voor de totale gezondheid en draagt bij aan iemands zelfvertrouwen.’
‘Laten we in elkaars keuken kijken’
Dik heeft ervaren dat je als praktijkmanager erg op een eilandje functioneert. ‘We zijn al op de goede weg met het PraktijkmanagersNetwerk, maar we kunnen nog veel meer delen met elkaar en elkaar actief gaan opzoeken. Mijn wens is om meer de verbinding met elkaar te zoeken. Ik krijg de indruk dat het lastig is om vakgenoten te activeren.’
‘Ik heb ook lesgegeven aan tandartsassistenten, onder meer bij het LOI. Ik ben als examinator bij veel praktijken over de vloer geweest. ‘Dat zouden we als praktijkmanagers ook meer kunnen doen: in elkaars keuken kijken.’
‘Er is behoefte aan kennis en verdieping’
‘Ik realiseer me en weet uit eigen ervaring dat het een drukke functie is. Je hebt veel taken op je bord liggen, dat maakt het ook leuk, maar aan de andere kant hebben de meesten een jong gezin en ontbreekt het daardoor misschien aan tijd om contact te leggen en te onderhouden met collega’s. Zelf heb ik contact met twee andere praktijkmanagers hier in Barneveld. Ik zou graag de meerwaarde van de praktijkmanager meer willen laten zien en onze beroepsgroep verder willen versterken. Er is ook behoefte aan kennis en verdieping, dat zie ik ook in Plek’, vervolgt ze.
‘Volgens mij kan een praktijkmanager nog meer taken uit handen nemen van de praktijkhouder, maar ik heb de indruk dat tandartsen delegeren soms lastig vinden. Per praktijk verschilt de rol van de praktijkmanager, maar ik denk dat we er meer uit kunnen halen. Ik pleit ervoor om een praktijkmanager meer bevoegdheden te geven.’
Spannende stap
Een nieuwe stap zetten na de verkoop van de praktijk, hoe is dat in z’n werk gegaan? ‘Ik wist dat ik de tandheelkunde niet wilde verlaten. Onze opvolger is een jonge tandarts die al bij ons werkte. Ik informeerde haar over allerlei zaken rond de organisatie van de praktijk en haar reactie was: ‘Het is wel veel allemaal, dat had ik niet verwacht.’ Ik ben haar gaan begeleiden en dat doe ik nog steeds. Ze weet dat ze het niet alleen hoeft te doen. Zo is het zaadje geplant.’
‘Als zelfstandig ondernemer ga ik praktijkhouders begeleiden bij het organiseren van hun praktijk, helpen te benoemen wat anders en beter kan en daar een leidraad bij bieden. Ook kan ik helpen bij het opstarten van een praktijk.’
‘Het is zo belangrijk dat elk teamlid op de juiste plek zit. Dat draagt bij aan het werkplezier en houdt het verzuim laag, en dat merkt de patiënt natuurlijk ook. Maar ook andere zaken spelen een rol, als gastvrijheid. Ik ben in veel praktijken geweest en weet hoe verschillend de sfeer kan zijn. Het begint al met hoe je als patiënt wordt begroet. Maar ook de inrichting van de wachtkamer, het geluid, de tijdschriften die er liggen, maken het verschil.’
‘Ik vind het een spannende stap, er komt veel bij kijken om weer vanaf nul iets op te starten. Maar dat past wel bij me.’
Links:
Carpenovum
PraktijkmanagersNetwerk: ‘29 juni: bijeenkomst voor praktijkmanagers die zzp’er zijn’, 7 juni 2021
Reactie toevoegen