Fiscale aspecten van de samenwerking tussen praktijkmanager en praktijkhouder
Overeenkomst
Meer aandacht vraagt de samenwerking waarbij niet wordt gekozen voor een dienstverband maar waarin de praktijkmanager zich als zelfstandige profileert. Hierbij ontbreekt dan het werkgeversgezag. Het onderscheid tussen een medewerker en zelfstandige is van belang voor het arbeidsrecht, de belastingen en de verzekeringen.
Duidelijk moet zijn dat op basis van de contractuele bepalingen in de overeenkomst de praktijkmanager als zelfstandige optreedt en partijen derhalve geen arbeidsovereenkomst wensen aan te gaan. Hierdoor wordt zoveel mogelijk voorkomen dat achteraf met de Belastingdienst discussie ontstaat over de mogelijke aanwezigheid van een dienstverband. Dit kan leiden tot forse naheffingsaanslagen voor de loonheffingen.
Samenwerkingsovereenkomsten
In overleg met brancheorganisaties zijn hiervoor Model Samenwerkingsovereenkomsten opgesteld waarin de aanwezigheid van een (fictieve) dienstbetrekking wordt uitgesloten. Van groot belang is voor de praktijk dat partijen ook daadwerkelijk volgens de contractuele bepalingen van de overeenkomst samenwerken en dit regelmatig toetsen.
Uit een uitspraak van de Hoge Raad in 2020 valt af te leiden dat bij de beoordeling van de vraag of sprake is van een dienstbetrekking, in beginsel de partijbedoelingen niet langer doorslaggevend van aard zijn. Dit leidt in de praktijk tot onduidelijkheid omdat in door de Belastingdienst goedgekeurde modelovereenkomsten juist wel wordt ingezet op de intentie van partijen. Het is vooralsnog onduidelijk of en zo ja, welke gevolgen de politiek verbindt aan de uitspraak van de Hoge Raad. Voor de Wet Deregulering Arbeidsrelaties (Wet DBA) geldt een handhavingsmoratorium. Het is daarom raadzaam dat partijen blijven samenwerken op basis van een door de Belastingdienst goedgekeurde modelovereenkomst.
BTW
Een aandachtspunt bij samenwerking is de BTW. De vraag is of diensten zijn onderworpen aan de heffing van btw dan wel dat een beroep kan worden gedaan op de btw-vrijstelling voor medische diensten. Belangrijk is dat partijen afspraken hieromtrent goed vastleggen in de onderliggende overeenkomst.
Hierbij is voor de praktijk van belang het standpunt van de staatssecretaris zoals verwoord in zijn brief met kenmerk DGB/2014/3652U. De staatssecretaris onderkent namelijk dat ZZP-ers die op grond van een overeenkomst van opdracht gezondheidskundige diensten verrichten, aanspraak kunnen maken op de vrijstelling voor medische diensten als de door hen verrichtte diensten vallen binnen de werkzaamheden als individuele Wet BIG-beroepsbeoefenaar óf naar hun aard een wezenlijk, inherent en onafscheidbaar deel vormen van de aangeboden vrijgestelde medische verzorging.
Van Ree Accountants en Belastingadviseurs BV
Maarsbergseweg 20
3956 KW Leersum
(0343) 41 59 40
rvdcraats@vanreeacc.nl
www.vanreeaccountants.nl
Reactie toevoegen